De klassieke filosofie bij monde van Aristoteles leert ons dat een inzicht in het doel van iets essentieel is van het verstaan van het wezen van een ding.
Vanuit deze optiek kunnen we ons afvragen wat het doel van de eenheid is.
In de woensdagaudiëntie van 18 januari 2012 leren we
van Benedictus XVI: “Het gebruik van de Gebedsweek voor de Eenheid van
de Christenen werd in 1908 ingevoerd door Pater Paul Wattson, stichter van een
Anglicaanse geloofsgemeenschap die later in de katholieke Kerk opgenomen werd.
Dit initiatief kreeg de zegen van Paus Pius X en werd later door Paus
Benedictus XV gesteund, die met zijn Breve “Romanorum Pontificum” van 25
februari 1916 heel de katholieke Kerk uitnodigde de Gebedsweek te vieren.
Wanneer we deze breve lezen hier, dan bemerken we dat het doel is de christenen die helaas zich verwijderd hebben van de katholieke Kerk uit te nodigen terug te keren “zoals naar een moeder die ze hebben achtergelaten”. Benedictus XVI geeft in deze breve een gebed “om de ketterijen uit te roeien, de bekering van de zondaars en de verheffing van de Heilige Moederkerk”. Het is daarom niet toevallig dat de week zich uitstrekt van 18 januari, eertijds het feest van de Stoel van Sint-Petrus, tot 25 januari, de Bekering van Sint-Paulus.
Enkele weken later richt Benedictus XVI een andere breve aan de afgescheiden, Oosterse christenen, Cum Catholicae Ecclesiae.
Hierin lezen we dat het doel van het gebed dat hij voorschrijft erin ligt dat “de christelijke volkeren van het Oosten “weer één schare zullen vormen met de Roomse Kerk en door één Herder zullen worden geleid.”