UPDATE: Een meer volledige vertaling van dit artikel van mijn hand is nu te vinden op http://rkdocumenten.nl/rkdocs/index.php?mi=680&nws=2639
Op de website van de Engelstalige versie van het tijdschrift Nova & Vetera is recent een uitgebreid document verschenen van de hand van een groep Dominicanen met in begrip van de Vlaamse canonist Kurt Martens omtrent de voorstellen die o. a. kardinaal Kasper gelanceerd heeft voor de aanstaande synodes met betrekking tot het toelaten tot de H. Communie voor echtgescheiden-en-hertrouwden.
De inleiding en enkele significante argumenten heb ik vertaald.
Recente voorstellen voor de pastorale zorg voor echtgescheiden-en-hertrouwden: een theologische beoordeling (Auteurs: J. Corbett OP, A. Hofer OP, P. Keller OP, D. Langevin OP, D. Legge OP, Th. Petri, OP, Th. J. White OP en Kurt Martens)
“Paus Franciscus heeft een buitengewone Bisschoppensynode samengeroepen voor Oktober 2014 en een gewone Bisschoppensynode voor de herfst van 2015, beiden met als thema de Pastorale Uitdagingen voor het Gezin in de Context van de Evangelisatie. Enkele eerste voorstellen zijn opgedoken, waaronder meest bekend de voorstellen van kardinaal Walter Kasper tijdens zijn toespraak tot het buitengewone Concistorie van kardinalen op 20 februari 2014. In deze toespraak analyseert hij de toestand van het gezin en besluit met twee specifieke voorstellen omtrent de echtgescheiden-en-hertrouwden ten behoeve van de Synode. Vrij snel nadien is zijn toespraak in het Italiaans gepubliceerd en vervolgens in een klein boek (met een voorwoord en bijkomende beschouwingen) in het Engels en het Duits verschenen. Zijn voorstellen zijn gelijkaardig aan de voorstellen die de Duitse Bisschoppenconferentie heeft besproken en die in de afgelopen maanden in de media zijn verschenen.
Alhoewel deze voorstellen op zichzelf vrij eenvoudig zijn, brengen zij een breed gamma aan belangrijke theologische vragen naar boven. Als katholieke theologen die werkzaam zijn aan Pauselijke Faculteiten of aan andere kerkelijke instituten willen wij een beoordeling van deze voorstellen geven vanuit een theologisch perspectief. Wij hebben ons daarom ingespannen tot een korte en beknopte analyse van elke vraag, naar het model van een artikel in een encyclopedie, veeleer dan een uitgebreide studie. Wij hopen dat deze beoordeling dienst kan doen als een wetenschappelijk referentiepunt voor de pastores van de Kerk en als een uitgangspunt voor verdere discussie omtrent een belangrijk onderwerp.
Wij hebben onze analyse onderverdeeld als volgt:
A. Samenvatting van de huidige voorstellen
B. Algemene principes
1/ Het sacramenteel huwelijk is onverbrekelijk
2/ De geschiedenis van de definitie van overspel en de leer van de Kerk over echtscheiding
3/ Het huwelijk is wezenlijk een publieke aangelegenheid
C. Analyse van de voorstellen voor H. Communie voor echtgescheiden-en-hertrouwden.
1/ Wanhoop ten aanzien van kuisheid?
2/ Precedenten van de eerste Concilies en de Kerkvaders
3/ De praktijk van Oosters Orthodoxen
4/ Deze vragen zijn beslecht geworden in de controversen tijdens de Reformatie
5/ He precedent van de moderne Angelicaanse Gemeenschap – een hellend vlak?
6/ Geestelijke of sacramentele Communie voor de echtgescheiden-en-hertrouwden.
7/ Vergeving is onmogelijk zonder berouw en zonder een oprecht en vast voornemen zich te beteren
8/ De gevolgen van het ontvangen van de H. Communie terwijl men in ernstige zonde verkeert
9/De herleving van een verworpen morele theorie?
10/Het toelaten van de hertrouwden tot de Communie zou een ernstig schandaal veroorzaken”
D. Analyse van de voorstellen tot verandering van het nietigverklaringsproces
1/ Is authentiek geloof noodzakelijk voor een geldig huwelijk?
2/ Nietigverklaring kunnen niet verleend worden bij afwezigheid van canonieke expertise en procedures
3/ De onmogelijkheid van subjectieve of gepersonaliseerde oordelen in huwelijkszaken
E. Elementen voor een positief voorstel ten behoeve van de aanstaande Synode.
Argument vanuit de kuisheid (C/1)
“De kern van de huidige voorstellen heeft te maken met een twijfel omtrent kuisheid. Inderdaad, het belangrijkste nieuwe element in deze voorstellen is de verwijdering van de verplichting tot kuisheid voor de echtgescheidenen. Immers, de Kerk staat reeds toe dat echtgescheidenen en hertrouwden, die, omwille van een ernstige reden (zoals de opvoeding van de kinderen), blijven samenleven, de Communie ontvangen indien zij akkoord gaan om te leven als broeder en zuster en indien er geen gevaar is voor schandaal. Zowel Johannes Paulus II als Benedictus XVI hebben dit geleerd.
De veronderstelling van de huidige voorstellen, echter, is dat zulk een kuisheid voor echtgescheidenen onmogelijk is. Ligt hierin niet een verborgen wanhoop omtrent kuisheid en omtrent de kracht van de genade om zonde en ondeugd te overwinnen? Christus roept elke persoon op tot kuisheid overeenkomstig zijn of haar levensstaat, of deze nu ongehuwd, celibatair, gehuwd of gescheiden leeft. Hij belooft de genade om kuis te leven. In de Evangelies herhaalt Jezus deze oproep en belofte, tesamen met een duidelijke waarschuwing: wat zonde veroorzaakt dient uitgerukt en weggegooid te worden want het beter dat je één van jouw ledematen verliest dan dat geheel je lichaam in de hel geworpen wordt (Mt. 5, 27-32). In de Bergrede is de kuisheid inderdaad het hart en de ziel van Jezus’ onderricht over huwelijk, echtscheiding en huwelijksliefde.
Deze kuisheid is een vrucht van de genade, niet een boetedoening of een ontbering. Het verwijst niet naar de onderdrukking van iemand seksualiteit maar naar de juiste ordening ervan. Kuisheid is de deugd waarmee men de seksuele verlangens onderwerpt aan de rede, zodanig dat iemand seksualiteit niet ten dienste staat van de lust maar van het ware doel ervan. Het resultaat ervan is dat de kuise persoon zijn passies bestuurt veeleer dan dat hij er slaaf van is; op deze wijze wordt hij in staat gesteld zich geheel en permanent te geven. Kortom, het is onontbeerlijk voor het volgen van de weg van Christus, de enige authentieke weg naar vreugde, vrijheid en geluk.
De cultuur van vandaag beweert dat kuisheid onmogelijk of zelfs schadelijk is. Dit seculiere dogma is direct tegengesteld aan het onderricht van de Heer. Indien wij dit seculiere dogma aanvaarden, dan is het moeilijk in te zien waarom het enkel van toepassing zou zijn op echtgescheidenen. Is het niet even onrealistisch te vragen dat men kuis blijft tot aan het huwelijk? Dienen ook zij niet zichzelf toe te laten tot de H. Communie. Men zou meerdere zulke voorbeelden kunnen geven.
Sommige koppels die burgerlijk hertrouwd zijn proberen kuis te leven als broer en zuster. Dit kan voor hen moeilijk zijn en soms kunnen zij hierin falen maar, door de genade bewogen, staan zij weer op, belijden hun zonden en beginnen opnieuw. Indien het huidige voorstel aanvaard zou worden, hoeveel onder hen zouden dan niet de strijd voor een kuis leven opgeven?
Natuurlijk leven vele gescheiden en hertrouwde personen niet kuis. Wat hen onderscheidt van diegenen die dit proberen (en soms niet hierin slagen), is dat zij nog niet inzien dat onkuisheid ernstig verkeerd is of dat zij ten minste nog niet de intentie hebben om kuis te leven. Indien zij tot de Eucharistie zouden toegelaten worden, zelfs indien zij eerst gaan biechten, en de hele tijd de intentie hebben onkuis te leven (een radicale contradictie), dan is er een echt gevaar dat zij bevestigd worden in hun huidige ondeugd. Het is onwaarschijnlijk dat zij groeien in het inzicht omtrent de objectieve zondigheid en ernst van hun onkuise handelingen. Men zou zich kunnen afvragen of hun moreel karakter zal verbeterd worden of dat het meer waarschijnlijk is dat hun moreel karakter zal verstoord of zelfs vervreemd worden.
Christus leert dat kuisheid mogelijk is, zelfs in moeilijke gevallen, omdat de genade van God sterker is dan de zonde. De pastorale zorg voor de echtgescheidenen moet bouwen op deze belofte. Tenzij zij de Kerk de hoopvolle woorden van Christus, dat zij werkelijk kuis kunnen leven, horen verkondigen, zullen zij dit nooit proberen.”
Argument op basis van het feit van ‘het hellend vlak’ (C/5)
“Alhoewel de huidige voorstellen enkel de echtgescheiden-en-hertrouwden betreffen zou de aanvaarding ervan – zelfs als een ‘enkel’ pastorale praktijk- vereisen dat de Kerk in principe aanvaardt dat seksuele activiteit buiten een permanent en trouw huwelijk verenigbaar is met de gemeenschap met Christus en met het christelijke leven. Bij aanvaarding ervan is het moeilijk in te zien hoe de Kerk kan weigeren toe te laten tot de H. Communie ongehuwde samenlevende koppels of personen in homoseksuele relaties etc. De logica van deze positie suggereert inderdaad dat de Kerk zulke relaties kan zegenen (zoals de Angelicaanse gemeenschap momenteel doet) en zelfs het gehele gamma van hedendaagse seksuele ‘bevrijding’ kan aanvaarden. De Communie voor echtgescheiden-en-hertrouwden is enkel het begin.”
Argument vanuit het niet mogen veroorzaken van een schandaal (C/10)
“Schandaal is een attitude of gedrag die ertoe leidt dat een ander kwaad doet. The persoon die een schandaal veroorzaakt wordt de verleider van zijn buurman. Het slechte voorbeeld van een persoon desinformeert het verstand of verzwakt de wil van een ander en leidt deze tot zonde.
De Kerk heeft constant geleerd dat echtscheiding en het hertrouwen een ernstig schandaal veroorzaken. Vaticanum II noemde echtscheiding een plaag en laakte het verduisterende effect ervan op de uitmuntendheid van huwelijk en gezin. De Catechismus (2385) legt uit: “Echtscheiding is immoreel… omdat zij een ontregeling teweegbrengt in het gezinsleven en in de samenleving. Deze ontregeling brengt zware schade met zich mee: voor de partner die in de steek gelaten wordt; voor de kinderen die blijvend lijden onder de scheiding van hun ouders en die zich heen en weer geslingerd voelen tussen hun ouders; ook echter voor de gemeenschap vanwege het aanstekelijke karakter, waardoor echtscheiding een ware sociale plaag wordt.” Het hertrouwen na een echtscheiding vergroot dit schandaal (2384).
Sommigen beweren dat de grotere frequentie van echtscheidingen in onze dagen en de wijdverbreide aanvaarding ervan elk schandaal vermindert en dat er daarom redenen zijn om echtgescheiden-en-hertrouwden toe te laten tot de Communie. Zou tegenwoordig iemand hierdoor geshockeerd zijn?
Dit argument bevat een misvatting omtrent het kwaad van een schandaal dat niet een psychologische shock is maar een verleiding voor anderen tot zondigen. Voor diegene die een schandaal veroorzaakt is het niet nodig dat hij de intentie heeft om zijn buur te verleiden; de verleiding is een effect van de zonde zelf. Wanneer zonden maatschappelijk gezien ‘gewoon’ worden, dan groeit het schandaal in plaats van dat het vermindert. Met elke persoon die zich hieraan overgeeft, wordt de vastberadenheid van anderen om hieraan te weerstaan in gevaar gebracht en groeit de sociale druk om dit te accepteren. De Kerk leert inderdaad dat de wijdverspreide aanvaarding van zondig gedrag een sociale structuur van zonde, een institutionalisering van het schandaal teweegbrengt (Gaudium et Spes 25).”
Argument vanuit de vermeende tegenstelling tussen pastoraal en kerkelijk recht (D/2)
“Vaak wordt een pastorale benadering gezien als zijnde tegengesteld aan een kerkrechterlijke benadering. Dit is een valse tegenstelling. Benedictus XVI spoorde seminaristen ertoe aan (Brief aan de seminaristen, 18 oktober 2010) “het kerkrecht te begrijpen en – ja, zelfs – er van te houden, te waarderen hoe noodzakelijk het is en de praktische toepassingen ervan op waarde te schatten: een maatschappij zonder wetten zou een maatschappij zonder rechten zijn. De wet is de voorwaarde voor de liefde.” Een kerkrechterlijke benadering is wezenlijk pastoraal omdat het de voorwaarden omschrijft die waarlijk noodzakelijk zijn om de harten te veranderen. Waar dit niet gebeurt is er een misvatting omtrent het kerkelijk recht. Helaas leidt, wat men vaak noemt, een pastorale benadering tot willekeur en dus tot onrechtvaardige beslissingen.”
Elementen van een positief voorstel voor de aanstaande Synode (E)
Hier worden de volgende elementen opgesomd:
1/een vernieuwing en verdieping van het begrip en de praktijk van de deugd van de kuisheid.
2/opnieuw uitdrukken hoe de liefde en barmhartigheid van God de mens omvormt; een omvorming die niet ophoudt bij het vergeven van verleden zonden maar de mens van binnenuit omvormt zodanig dat hij of zij vrij van ondeugd en zonde kan leven.
3/op welke manier vorm geven aan Familiaris Consortio 84: “Zij dienen daarenboven aangespoord te worden naar het Woord Gods te luisteren, het misoffer bij te wonen, te volharden in het gebed, de werken van naastenliefde en alle initiatieven van de gemeenschap ten bate van de rechtvaardigheid te begunstigen, de kinderen op te voeden in het christelijk geloof, zich toe te leggen op de geest en op de werken van boetvaardigheid om zo van dag tot dag de genade van God af te smeken. De Kerk moet voor hen bidden, hen aanmoedigen, zich een barmhartige moeder tonen en hen zo steunen in het geloof en de hoop."
4/Versterking van de huwelijksvoorbereiding
5/Versterking van de huwelijkstribunalen, adequate vorming van de rechters
6/Opnieuw tot uitdrukking brengen waarom de leer van de Kerk omtrent huwelijk en seksualiteit niets te maken heeft met vooroordelen, de veroordeling van personen etc. maar met de bevordering van wat echt goed is voor de persoon.