donderdag, januari 21, 2016

De actualiteit van een schrijven van paus Leo XIII

In 1881 richt paus Leo XIII een schrijven aan de toenmalige aartsbisschop van Mechelen, Victor August Deschamps, en de andere Belgische bisschoppen en dit te midden van wat bekend staat als de 'eerste schoolstrijd'.


Vandaag, 135 jaar later, heeft in Vlaanderen deze brief niets aan actualiteit ingeboet.

Hier volgt een vertaling van de belangrijkste passages:



Aan onze Geliefde Zoon Victor August Zijne Hoogwaardige Eminentie Kardinaal Deschamps, Aartsbisschop van Mechelen en aan alle Eerbiedwaardige Broeders Bisschoppen van België.

Onze Geliefde Zoon en Eerbiedwaardige Broeders, Groet en Apostolische Zegen

Alhoewel er in recente tijden in België veel schadelijke zaken gebeurt zijn aangaande de katholieke zaak, die Onze ziel met grote smart hebben geraakt, hebben wij toch verlichting en troost ervaren in de getuigenissen van voortdurende liefde en geloof welke de katholieken van België jegens Ons hebben getoond, zo vaak als hiertoe de gepaste gelegenheid gegeven werd. Wat Ons vooral heeft opgewekt en opwekt is de buitengewone genegenheid jegens Ons en de ijver die jullie uitoefenen opdat het christelijke volk dat aan jullie zorg is toevertrouwd elke dag moge groeien in de oprechtheid en eenheid van het katholieke geloof en de liefde voor de Kerk van Christus en diens Plaatsvervanger. Het behaagt Ons ten zeerste te prijzen de inspanningen om met alle middelen ervoor te zorgen dat de jeugd een uitstekende opvoeding krijgt en erin te voorzien dat in de lagere scholen de religieuze leer breed wordt overgeleverd. Met niet minder ijver zijn jullie ermee begaan dat alles ten goede komt aan de christelijke opvoeding in colleges en scholen als ook in de Universiteit van Leuven.

[Vervolgens komt paus Leo te spreken over de “vijanden” van het Christendom zoals het socialisme. Hij herhaalt zijn verlangen dat de goddelijke invloed van Christus alle lagen van de Staat moge doordringen (ut omnes civitatis ordines divina Christi virtus penetret ac pervadat). De Kerk houdt vast aan en verdedigt de leer en de rechtsprincipes en doet er alles aan om de instellingen en gewoonten van de publieke orde te regelen, als ook de handelingen in het private leven. Maar de Kerk kijkt ook naar de juiste maat aangaande de tijd en de plaats en hierbij is de Kerk vaak verplicht soms kwade zaken te tolereren die bijna onmogelijk zijn om te voorkomen en om te verhinderen dat de Kerk aan nog méér calamiteiten zou worden blootgesteld. Bovendien moet ervoor gewaakt worden dat in deze polemieken de grenzen van rechtvaardigheid en liefde niet worden overschreden en niet al te snel beschuldigingen en verdachtmakingen te uiten aan hen die toegewijd zijn aan de leer van de Kerk en “maxime autem qui in Ecclesia dignitate et potestate praecellunt”.  Paus Leo betreurt dat dit is gebeurt jegens de persoon van de aartsbisschop van Mechelen en verlangt dat katholieken zich ver houden van deze gedragingen. Het komt aan de Apostolische Stoel en aan de Paus toe de katholieke waarheden te verdedigen en waakzaam te zijn dat in de Kerk niets wordt verspreid dat de leer inzake geloof en moraal schade toebrengt of hiermee in tegenstelling is]

In wat jullie zelf aangaat, Onze Geliefde Zoon en Eerbiedwaardige Broeders, zorg met uiterste waakzaamheid ervoor dat alle mensen van de wetenschappen en vooral diegenen aan wie jullie de taak hebben gegeven de jeugd te onderrichten één van geest en unaniem zijn in zaken waarin het gezag van de Apostolische Stoel geen vrijheid laat. In datgene, echter, waar aan geleerden discussie vrijelijk wordt toegestaan, moge jullie advies en waarschuwingen ervoor zorgen dat zij hun verstand dusdanig uitoefenen dat de verscheidenheid aan opvattingen de eenheid van hart en eendracht van wil niet vernietigden. Hieromtrent heeft Onze Voorganger, Paus Benedictus XIV, zaliger nagedachtenis, in zijn Constitutie Sollicita ac provida [10 juli 1753] regels voor geleerden nagelaten, vol van wijsheid en gezag. Hij heeft hen zelfs als voorbeeld tot navolging voorgesteld de heilige Thomas van Aquino, die altijd een vreedzame taal en een ernstige spreekwijze hanteerde, niet enkel bij het onderricht en het uiteenzetten van argumenten, maar ook bij het najagen en in het nauw brengen van tegenstanders. Het behaagt Ons de voorschriften van Onze Voorganger bij geleerden opnieuw onder de aandacht te brengen en hen te wijzen op dit voorbeeld van Thomas van Aquino, van wie zij leren niet enkel de wijze waarop zij met tegenstanders dienen om te gaan, maar ook welke leer dient overgeleverd en ontwikkeld te worden bij de beoefening van de filosofische en theologische disciplines. Bij vele gelegenheden, Onze Geliefde Zoon en Eerbiedwaardige Broeders, hebben Wij uitdrukking gegeven hoezeer Wij wensen dat de wijsheid van Sint-Thomas hersteld wordt in de katholieke scholen en overal de hoogste eer wordt toegewezen. Eveneens hebben Wij jullie aangespoord tot de oprichting van een instituut voor hogere wijsbegeerte naar de geest van Sint-Thomas in de Universiteit van Leuven. Hieromtrent, als in alle andere zaken, hebben Wij jullie ten zeerste bereid gevonden aan Onze verlangens tegemoet te komen en Onze Wil te volbrengen. Volbreng dan enthousiast wat begonnen is en waak met zorg erover dat in deze Universiteit de vruchtbare bronnen van de christelijke filosofie, die voortkomen uit de werken van Sint-Thomas, breed en rijkelijk worden ontsluiten voor de studenten en worden toegepast tot nut van alle andere disciplines. Wij zullen niet toelaten dat bij de uitvoering van dit werk het jullie zal ontbreken aan Onze raad en hulp.
Gegeven te Rome, bij Sint-Pieter, op 3 augustus 1881, het vierde jaar van Ons Pontificaat.

Bron: Acta Sanctae Sedis 14 (1881), pp. 145-147

Geen opmerkingen: