Kerk en Leven, beter bekend als “Het parochieblad” is sinds 1959 het blad van de katholieke Kerk in Vlaanderen en als zodanig ook onderdeel van de website kerknet.be, welke zich afficheert als “de website van de kerk in Vlaanderen”. Zelf bericht kerknet.be dat het blad is “het blad van de Vlaamse katholieke Kerkgemeenschap en wordt uitgegeven door de vzw Studiecentrum Kerk en Media.” (zie http://www.kerknet.be/actua/nieuws_detail.php?nieuwsID=116846) Leden van deze vzw dienen “structureel verankerd te zijn in één van de Vlaamse bisdommen” (zie http://www.ejustice.just.fgov.be/tsv_pdf/2005/04/22/05059860.pdf).
Eerste conclusie: Het blad heeft een officiële status binnen de Kerk in Vlaanderen, d.w.z. het is niet zomaar een vereniging van individuen maar structureel verbonden met de Kerk in Vlaanderen.
Het editoriaal van de nieuwe hoofdredacteur sinds 1 mei 2015, Luk Vanmaercke, en gedateerd op 17 juni 2015, kunt u lezen hier: http://www.kerknet.be/admin/files/assets/kerkenleven/documenten/kerkenleven_1434460131_152405.pdf
De invoering van het 'homohuwelijk' toont volgens Vanmaercke dat "de invoering van het ‘homohuwelijk’" aantoont "dat regeringen en parlementen het huwelijk niet beschouwen als een voorbijgestreefd instituut, maar nog steeds als iets waardevols, waarin ze blijven investeren". Vanuit deze optie, zegt hij “is die nieuwe evolutie goed nieuws voor al wie het huwelijk genegen is".
Tevens stelt hij dat “de essentie van het huwelijk toch [is] dat twee mensen bewust en – in principe – levenslang voor elkaar kiezen. Dat ze zich publiek engageren om elkaar een leven lang bij te staan, in mooie en moeilijke momenten. Als holebi's het recht op huwen opeisen, moeten we hen dan niet zien als bondgenoten in de strijd voor duurzame relaties?”
Tot slot stelt hij dat "de Europese Kerk" voorop zou kunnen lopen "door vernieuwend na te denken over de diverse soorten relaties van vandaag en hun plaats in de geloofsgemeenschap". Hij vraagt zich af of Europese bisschoppen Rome niet moeten vragen "om ons continent wat meer regionale vrijheid te gunnen in het debat hierover?"
Gegeven de status van Kerk en Leven en gegeven het feit dat een hoofdredacteur (samen met de redactie) het beleid van een blad uitzet, moeten wij concluderen dat dit editoriaal een belangrijke en openlijke afwijzing is (of wil bepleiten) van de orthodoxe leer van de Kerk.
Terwijl het blad in 2002-2003 nog 1,1 miljoen lezers had, is dit in 2015 teruggelopen tot 240.000 lezers. In een poging niet meer lezers te verliezen, probeert men met de ‘mainstream’ mee te gaan en in onze seculiere, neo-pagane Vlaanderen betekent dit niets anders dan niet-katholiek zijn. Gezien het unieke feit dat de eerste vier bladzijden van het blad samengesteld worden door vrijwillige, lokale redacties van de Vlaamse parochies en gezien deze bladzijden de enige lokale informatiebron is voor katholieke gelovigen omtrent hun parochie, neemt een blad een niet te concurreren positie in.
Reeds vóór dit editoriaal was bij Rooms-Katholieken de onorthodoxe aard van het blad genoegzaam bekend.
Maar door dit editoriaal, dat als beleid van het blad dient gelezen te worden, verandert er heel wat.
De moraaltheologie kent het principe van medewerking aan het kwaad. Deze medewerking kan formeel zijn indien men instemt met wat de hoofdpersoon doet. Formele medewerking aan een kwade handeling is nooit te rechtvaardigen. Deze medewerking kan ook materieel zijn indien iemand weliswaar meewerkt maar niet instemt met de handeling die plaatsvindt. Materiële medewerking aan een kwade handeling is in principe eveneens niet geoorloofd.
In bepaalde omstandigheden kan materiële medewerking geoorloofd zijn. Hiervoor is er het onderscheid tussen directe en indirecte medewerking. Directe medewerking vindt plaats indien de handeling van de hoofdpersoon en de handeling van de medewerker een eenheid vormen. In dit geval is medewerking niet geoorloofd omdat de medewerking op zijn minst ook impliciet formeel is. Indirecte materiële medewerking aan het kwaad kan geoorloofd zijn indien (a) de handeling op zich geoorloofd zijn en indien (b) een naar verhouding voldoende ernstige reden heeft om mee te werken aan een ongeoorloofde handeling. Voorts moet bij een indirecte, materiële samenwerking met een kwaad ook gevraagd worden of door deze vorm van samenwerking geen ergernis wordt veroorzaakt die het normbesef ondermijnt en dit geldt des te meer voor instituten en instellingen met een officieel katholiek statuut en dus uitstraling.
Gegeven deze moraaltheologische distincties en gegeven het statuut van Kerk en Leven en het editoriaal van 17 juni 2015 dringen zich twee vragen op.
1/ Kan een katholiek gelovige een abonnement nemen of behouden op Kerk en Leven? Het antwoord is duidelijk neen. Een abonnement nemen of behouden zou immers een vorm van formele medewerking aan het kwaad van de verspreiding en bevordering van een onorthodoxe leer betekenen. Zelfs indien er sprake is van een materiële medewerking dan is deze direct want het abonnementsgeld vormt een impliciet formele samenwerking.
2/ Kan een parochie en/of een pastoor van een parochie een abonnement nemen of behouden op Kerk en Leven? Het antwoord is duidelijk neen. Opnieuw geldt immers dat een abonnement nemen of behouden een vorm van formele medewerking aan het kwaad van de verspreiding en bevordering van een onorthodoxe leer zou betekenen. Zelfs indien er sprake is van een materiële medewerking dan is deze direct want het abonnementsgeld vormt een impliciet formele samenwerking. Zelfs indien er enkel sprake zou zijn van een indirecte materiële samenwerking, dient men zich af te vragen wat de voldoende ernstige reden is om mee te werken.
Hierbij raken we de sociologische crux van de zaak. Men behoudt of neemt een abonnement op Kerk en Leven omdat parochies en pastoors lijken geneigd te zijn de informatieve waarde van de lokale pagina’s te verkiezen boven een eventuele medewerking aan het kwaad. Met de publicatie van dit editoriaal is het duidelijk dat er niet meer sprake kan zijn van een ‘eventuele’ medewerking aan het kwaad maar van een daadwerkelijke medewerking aan het kwaad. Bovendien hebben pastoors in hun officieel statuut van priester en herder de plicht zich af te vragen of een indirecte materiële medewerking aan Kerk en Leven niet een geval is van ergernis veroorzaken en normbesef ondermijnen. Met dit editoriaal is het duidelijk geworden dat een indirecte materiële medewerking aan Kerk en Leven ook in deze categorie van ergernis veroorzaken en normbesef ondermijnen, valt.
Conclusie: een abonnement nemen of behouden op Kerk en Leven door een individu (priester of gelovige) of groep (parochie) vormt een ongeoorloofde medewerking aan het kwaad.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten